speelgoedooievaars in Straatsburg
foto’s: Frode Nagel
Vadertje Langbeen
terug van weggeweest!
De ooievaar is een grote, statige vogel. Als je geluk hebt, kun je hem tegenkomen op het boerenland, in de uiterwaarden en soms zelfs in de stad. Hij heeft brandweerrode poten en een brandweerrode snavel. In de vlucht vallen zijn zwart-witte vleugels op. Die vleugels zijn erg lang: de spanwijdte* bedraagt wel 220 centimeter!
Zomergast
De ooievaar is een zomergast. Omstreeks maart arriveren de ooievaars in Nederland. Meestal zoeken ze hun oude nest weer op. Bij ons is dat meestal een paalnest, dat speciaal voor de ooievaar is neergezet. In andere landen broeden ze vaak in bomen en op daken. Normaal gaat de ooievaar zwijgzaam door het leven, maar in de broedtijd kun je hem horen klepperen met zijn snavel.
Kikkerbilletjes
Bijna iedereen weet dat een ooievaar kikkers eet. Maar hij lust ook muizen, mollen, padden, wormen en grote insecten. Zelf heeft een volwassen ooievaar weinig te vrezen. Alleen voor de mens moet hij oppassen. Doordat wij steeds meer boerenland bebouwden en sloten dichtgooiden of verontreinigden, dreigde de ooievaar in Nederland zelfs uit te sterven! Daarom zijn vogelbeschermers ooievaars gaan fokken.
Buitenstations
Een deel van de gefokte ooievaars werd uitgezet in buitenstations. Die liggen in gebieden die voor ooievaars aantrekkelijk zijn. Daar leven de ooievaars niet meer in gevangenschap, maar worden ze nog wel bijgevoerd. Inmiddels broeden er in Nederland al ongeveer 800 paar ooievaars. De bedoeling is dat alle ooievaars langzamerhand op eigen poten komen te staan.
Zweven op thermiek
Een deel van de ooievaars trekt in de nazomer weg en overwintert in Zuid-Europa of helemaal in Afrika. Tijdens de trek maken ze gebruik van de warme, opstijgende lucht. Dankzij die thermiek hoeven ze nauwelijks met hun vleugels te slaan: ze zweven als het ware naar het zuiden.
Vroeger waren er mensen die geloofden dat de ooievaar geluk bracht. Kinderen werd verteld dat de baby’s van de ooievaar kwamen. En je hebt vast wel gemerkt dat de ooievaar nog steeds een streepje voor heeft, anders zouden wij ons niet zo voor hem uitsloven!
* De spanwijdte is de afstand tussen beide vleugelpunten.
Naar de website van STORK (met veel info over ooievaars).
Surfspin: naar het werkblad Ooievaar (pdf).
Surfspin: hier vind je info over de blauwe reiger.
Surfspin: naar het keuzemenu Natuur.
Naar het HOME van de Surfspin.
Geplaatst op 21 juni 2005, het laatst gewijzigd op 15 juli 2013.
© Surfspin 2005-2013